Afgelopen mei vakantie waren we naar Spanje. Naar weer een andere omgeving dan waar we eerder al geweest waren. Naar een stukje waar we dus nog nooit waren geweest, maar wel al hele goeie verhalen over hoorden. We gingen, met de auto, richting Benissa. Dit ligt ongeveer een uur rijden vanaf Valencia. Dus ja: we hadden ook met het vliegtuig kunnen gaan en kunnen vliegen op Valencia of Allicante, maar wij gingen voor de road trip. 2100 km heen en 2100 km terug. Best wel pittig kan ik je zeggen. Zeker al je auto er een dag voor vertrek mee op houdt en we dus weer naar de garage moesten. We hebben een auto uit 2002, dus niet meer de jongste. Altijd even spannend. Maar hee: vol goeie moed gingen we op pad. Op de heenweg logeerden we rondom Nancy en daarna een nachtje in Callela (niet echt een aanrader). Maar toen waren we er hoor: in the June Benissa (waar we verbleven voor een weekje).

Dit is ook meteen eigenlijk de beste “hotspot” 😉 Dus ook hier in the June hebben we eigenlijk bijna elke avond zelf gekookt of de bbq aangestoken om te eten.

In de omgeving van the June hier vindt je Javea, Moraira en Denia. En die omgeving is dus echt geweldig. Het heeft ons hart veroverd. Een soort ibiza, maar dan wat minder druk, iets minder patsers en wat minder duur. Dus allemaal plus punten. Ondertussen schieten hier ook steeds meer mooie hotspots uit de grond. De kust is prachtig, met blauwe zee en rauwe baaitjes.

Vanaf the June Benissa kan je zo de mooie route van Paseo Ecologie lopen: een mooie wandelroute langs de kust. De eerste keer dat we er een stukje van liepen (van een half uur heen en een half uur terug) was het heel mistig. Maar ook toen was het mooi! Met helder weer: nog wat mooier.

Ondertussen kom je langs verschillende horeca. We liepen dan van the June daar een stukje van de wandelroute tot we bij Les Basettes waren. Daar hebben we een keertje een heerlijke tostada gegeten (klein broodje).

Elke keer zetten we de auto weer een stukje verder neer en liepen we weer een stukje van deze mooie route. Een aanrader!

Wat ook zeker een aanrader is: het stadje Altea. En dan vooral het oude gedeelte. We hebben de auto dichtbij de kathedraal gezet en zijn vanaf daar een stukje gaan lopen.

Op het pleintje met deze prachtige bougainville, vind je wat restaurantjes. Daar hebben wij een pizza geluncht. Erg leuk plekje. Nu weet ik alleen natuurlijk niet meer hoe dit pleintje heet. Zal je altijd zien…. Daar hebben jullie dus ongeveer geen reet aan. Alleen: deze prachtige plant vergeet je niet zomaar, toch?

Een hele dikke aanrader is ook om naar het haventje van Javea te gaan. Eigenlijk het stukje strand waar aan de boulevard: Nomad gelegen is. Meteen is dat ook echt een toffe plek om te lunchen of te eten. Of een drankje te drinken in de sky bar (dakterras) met geweldig uitzicht.

Bij Javea heb je ook Platja d’arendal. Een groot zandstrand. Heel breed en dus met zand! Maar ik heb het wat minder op dit soort stranden. Heef mij maar een baaitje, vind ik zelf veel leuker. Je hebt hier wel restaurant Bambula, waar je ook tot 13:00 uur kunt ontbijten. Dat vonden wij erg lekker! En de binnentuin achterin de zaak (groooooot joh) is erg tof, met dit soort tegeltjes, veel planten enzo. Ga dus vooral als je hier op het terras zit even naar de wc, want dan zie je die binnentuin vanzelf.

Een hele leuke chiringuito (Olalà) vind je tussen the June en Moraira in. Je moet even goed kijken dat je het goeie weggetje neemt, maar dan vind je hier een super leuk strandtentje met een fijne sfeer.

En dan door naar wat ik echt een heel leuk dorpje vond: Moraira. Hier komt ook de een na de andere leuke tent. Wij vonden Casa Oller erg leuk (mooi ingericht ook). Hier kan je tot 13:00 uur ontbijten. Een dat is dus echt een aanrader. Kids hebben toch altijd al om stipt 12:00 uur honger en kunnen dan lunchen. En hier vind je wentelteefjes, toast met ei en zalm en allerlei andere lekkere dingen. Perfect.

Wij vonden dit erg mooi: de watervallen, Font’s d’Algar. het was nu al (in de mei vakantie) erg druk, dus ik denk in het hoogseizoen dat het niet te doen is, maar mooi is het wel. Je betaalt entree, en neem vooral je zwemleding mee om een klein plonsje te wagen in het mooie, heldere water.

Op de terugweg naar huis (2100 km terug….) zijn we gestopt in Begur. Nog net in Spanje. Weer een totaal andere omgeving, maar ook erg mooi. Het schijnt dat Cruijff hier nog een tijdje gewoond heeft. En dat snap ik wel!

We sliepen in een eco resort in een soort luxe sta caravan/huisje. Niet echt ruim, maar prima voor twee nachten en wel best wel nieuw. Ook was er een restaurant en een zwembad bij het resort. Wel wat overprized vond ik het. En ik heb nog nooit zo lang gedaan over inchecken…. Maar een goeie plek voor een overnachting!

In de buurt vind je in het bos restaurant: Sivana Bosc. Echt een aanrader. Midden in de bossen kan je hier echt heerlijk zitten.

Een van de mooiste strandjes is: Aigua Blava. Hier is het super druk (vooral rijen voor restaurant Toc al mar), maar het is wel echt prachtig.

Een van de leukste en mooiste Spaanse kust dorpjes waar ik ooit ben geweest is: Callela de Palafrugell. We kwamen op een plekje dat heet:

Dus dat zat al goed qua naam 🙂 En idd: wat een top plekje. Prachtig baaitje, met mooi helder water, wat vissersbootjes en gezellige huisjes.

Hier werd (uiteraard) weer eens een croissant gegeten en keken we naar de visjes. Om daarna verder te rijden naar het volgende leuke kustplaatsje: Lla Franc. Daar hebben we alleen even vanuit de auto gegluurd. Want we wilden naar nog een dorpje, namelijk: Tamariu. Dat was ook echt heel mooi. Hier hebben we even onder een fijne boom wat gedronken met uitzicht op WEER een mooie baai.

Vanaf Spanje via Frankrijk weer terug gereden naar huis en een hele ervaring van een mooie road trip rijker. Spanje zit in mijn hart…. Wat denk je? In de zomer gaan we weer een weekje, naar Moraira. En ik heb er nu al onwijs veel zin in!

Liefs, Sanne